Twynstra interimmer verdient meer dan Balkenendenorm

Van 2011 tot en met 2014 betaalde Rijkswaterstaat in totaal bijna €1,4 miljoen om Jos Hillen, partner bij Twynstra Gudde, in te huren als interim-directeur. Hillen gaf die periode leiding aan projectorganisatie Aanpak Ring Zuid – de projectorganisatie die verantwoordelijk was voor het ingrijpend vernieuwen van de Ringweg van Groningen. Zijn vergoeding riep onlangs kritiek op, omdat Hillen boven de Balkenendenorm verdiende, maar dit niet gemeld werd zoals wettelijk verplicht.

Medio januari bleek uit een artikel van NRC dat Twynstra Gudde partner Jos Hillen van 2011 tot 2014 boven de Balkenendenorm verdiende. Hij was ingehuurd door projectorganisatie Aanpak Ringweg Zuid om als interim-directeur leiding te geven aan wat nu ‘het grootste infrastructurele project ooit in de geschiedenis van het Noorden’ wordt genoemd, de grootschalige verbouwing en vernieuwing van de Ringweg van Groningen. De vergoeding voor zijn expertise, in totaal meer dan €1,39 miljoen, riep de afgelopen week enige ophef op, ook omdat het in 2013 en 2014 gemeld was aan de Rijksoverheid, zoals wettelijk verplicht.

Programma van €700 miljoen
Rijkswaterstaat was begin 2010 op zoek naar een zwaargewicht in projectleiding om de vernieuwing van de Groningse Ringweg te overzien, toen eind 2009 Groningen groen licht had gekregen voor dit ingrijpende infrastructurele project. De keuze viel op Jos Hillen, die toentertijd actief was als interim-directeur voor Groningen Airport Eelde. Hij viel op vanwege zijn vermogen om de jarenlange discussies te doorbreken die het vliegveld had met de omliggende bevolking over de aanleg van een nieuwe 700 meter lange startbaan. Rijkswaterstaat was volgens NRC van mening dat alleen Hillen deze uitdagende vernieuwing tot een goed einde kon brengen. Bij projectorganisatie Aanpak Ringweg Zuid kreeg Hillen een budget van €700 miljoen onder beheer, dat hij in de vier jaren daarop benutte om het project succesvol af te ronden.

Jos Hillen is sinds 1995 verbonden aan organisatieadviesbureau Twynstra Gudde. Voor die tijd was hij onder meer plaatsvervangend hoofddirecteur Infrastructuur en Bouwbeleid bij het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. Hij startte zijn loopbaan in 1975 bij Rijkswaterstaat waar hij uiteindelijk 7 jaar hoofddirectielid was. Hillen behaalde een Ingenieursgraad in Waterbouwkunde, Watermanagement en Vaarwegen aan de Technische Universiteit Delft.

Creatieve constructie
Van de €700 miljoen ging er tussen 2011 en 2014 een vergoeding van in totaal €1,39 miljoen naar Hillen’s werkgever Twynstra Gudde. Deze vergoeding bestond uit een uurtarief van tussen de €230 en €240 en een onkostenvergoeding van €150 tot €180 per werkdag voor de huur en schoonmaak van een appartement in Groningen, evenals voor gas, water, licht, telefoon en internet. Aangezien de Balkenendenorm op een all-in tarief van €225 per uur ligt, verdiende Hillen aanzienlijk meer dan deze norm. Hoewel het is toegestaan om bijzondere projectleiders meer dan de Balkenendenorm te vergoeden, is het wel verplicht om dit te melden aan de overheid.

In de jaarverslagen van 2011 en 2012 meldden de Rijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Milieu dat Hillen een vergoeding kreeg die hoger lag dan de Balkenendenorm, met als uitleg dat de Twynstra Gudde partner voor het project van onmisbare waarde was. Wel bleek volgens NRC dat Rijkswaterstaat de vergoeding graag omlaag wou brengen – vooral de ‘royale verblijfsvergoeding’ leidde tot ongenoegen.

In 2013 verdween de hoge vergoeding van Hillen echter uit het jaarverslag, en ook in 2014 werd deze niet gemeld. En dat terwijl Twynstra Gudde in die jaren voor respectievelijk ruim €380.000 en bijna €310.000 declareerde, nog steeds boven de norm. De verblijfsvergoeding werd die jaren buiten zijn uurtarief om gefactureerd, waardoor zijn uurtarief onder de Balkenendenorm bleef. Een woordvoerder van Rijkswaterstaat liet onlangs tegenover NRC weten dat over 2013 Hillen’s vergoeding “abusievelijk niet is gemeld aan het ministerie van Infrastructuur en Milieu”, terwijl dat voor de eerste helft van dat jaar nog wel had moeten gebeuren.

Bovenop Hillen verdiende Twynstra Gudde nog eens €1,4 miljoen extra aan het programma, doordat het bureau vijf andere interim-managers leverde aan deelprojecten.

Verscheidene Groningse politici hebben in de afgelopen twee weken verontwaardigd gereageerd op het topsalaris van de projectdirecteur en het omzeilen van de Balkenendenorm. In reactie op de ophef zijn, overigens in overleg met Hillen, ook de vergoedingen die hij ontving voor zijn interim-werk bij Groningen Airport Eelde openbaar gemaakt. Het vliegveld betaalde €1.800 per dag voor zijn diensten, inclusief reis- en verblijfskosten – goed voor declaraties van €232.200, €129.825 en €71.775 voor respectievelijk de jaren 2010, 2011 en 2012.